Hoe wordt De Avonden van Gerard Reve gelezen door een Engelsman?

 

Engelse vertaling de avonden van gerard reveHet gebeurt bijna nooit dat je als recensent tegen een Engelse vertaling van een roman aanloopt die niet alleen een meesterwerk is, maar tevens een van de pijlers van de Europese literatuur die eigenlijk al vertaald had moeten zijn. Ik aarzel dan ook even voor ik van wal zal steken. Wat kan ik, in een wereld waarin de hype regeert, nog zeggen waarmee ik dit boek plaats waar het hoort: in de handen en geesten van lezers?

Gerard Kornelis van het Reve werd in 1923 in Amsterdam geboren en publiceerde ‘De Avonden. Een winterverhaal’ (Engelse vertaling: ‘The Evenings: a Winter’s Tale’) in 1947 vlak voor zijn 24e verjaardag. De roman volgt de 23-jarige Frits van Egters in de laatste tien dagen van 1946. De titel richt zich op de avonden omdat Frits het grootste gedeelte van de dag op het werk is, waar hij nauwelijks bestaat. Wat hij doet?

Ik neem kaarten uit een bak. Als ik die eruit genomen heb, dan zet ik ze er weer in.

(Engelse vertaling: I take cards out of a file. Once I have taken them out, I put them back in again.)

Is zijn antwoord op een vraag van een vriend. Maar Frits klaagt nooit over zijn baan, noch laat hij op enige manier merken dat hij het graag anders ziet. In ieder geval zijn die uren ingevuld. Wanneer de avonden aanbreken en op vrije dagen wordt het pas problematisch. Zijn enige ambitie is dan ook om daar doorheen te komen zonder gek te worden. Zowel voor de hoofdpersoon en de auteur is deze roman een adembenemende krachttoer in het vullen van ruimte, het omvormen van smakeloze leegte in komedie van de bovenste plank: het doet niet onder voor ‘Party Going’ van Henry Green en ‘Waiting for Godot’ van Beckett. Nooit eerder werd op een meer dringende en groteske wijze een drama gemaakt van het halen van bedtijd.

Schoorvoetende affectie

Alles speelt zich af in een paar Amsterdamse buitenwijkstraten waar Frits een klein appartement deelt met zijn halfdove vader en zijn goedbedoelende doch onhandige moeder. Zijn oudere broer is het huis al uit. Zijn ouders leven in een situatie van onmin en Frits wil dit koste wat kost negeren. De gewoonten die ze erop na houden qua eten en verzorging vormen een constante kwelling en worden omschreven met een mengeling van blinde woede en schoorvoetende affectie. Hun gesprekken zijn zo voorspelbaar dat Frits er een masochistisch genoegen in schept om ze gemeenplaatsen te laten uitkramen. Tussen het opstoken van de kachel, het vullen van de gas- en lichtmeter met penningen en het afkraken van de kookkunsten van zijn moeder of de tafelmanieren van zijn vader door, is zijn enige bondgenoot de radio, die schipbreukeling Frits flarden nieuws en muziek aanreikt als drijfhout in een oceaan van verspilde tijd.

Alles is verloren, dacht hij, alles is bedorven. Het is tien minuten over drie.

(Engelse vertaling: All is lost, he thought, everything is ruined. It’s ten past three.)

Wat de allereerste recensenten van zijn vroegrijpe debuut verbaasde en woedend maakte was dat er te midden van zoveel uitzichtloos realisme met geen woord over de oorlog werd gerept. Er waren nog geen twee jaar verstreken sinds de bezetting van Nederland door de Nazi’s, en nog maar drie jaar daarvoor was er de Hongerwinter van 1944 waarin 18.000 mensen stierven aan ondervoeding. Er woedde een verhit debat over de mate waarin Nederland had samengewerkt met de Duitsers. Maar Frits was er simpelweg niet in geïnteresseerd. Hij bracht het conflict terloops eens in herinnering als een ongemak waardoor hij geen herexamen had kunnen doen voor bepaalde vakken.

Hilariteit en afschuw

Tegelijkertijd ademt de roman van Reve een intens neurotische sfeer, onmiskenbaar de erfenis van de oorlog. Frits is door en door gefrustreerd, heeft geen vriendin, doet ook geen poging om er een te vinden en beweegt zich als een speelbal tussen zijn eenzame slaapkamer – waar de stoffelijkheid van zijn lichaam hem de stuipen op het lijf jaagt – de woonkamer – waar hij het hoofd biedt aan de verschrikkingen van de middelbare leeftijd van zijn ouders, die op hem stompzinnig vijandig overkomt – en vrienden en familieleden – grillige uitstapjes waarbij hij zijn eigen angsten sust door te spelen met die van anderen. Hierin is hij een meester. Hij heeft nauwelijks iemand gegroet of hij maakt al een wrange opmerking over diens ziekelijke gelaatskleur, op handen zijnde kaalheid, vroegtijdige veroudering en waarschijnlijk snelle overlijden – zonder uitzondering met griezelig veel detail en een verbeelding die even roekeloos als pessimistisch is. Andere personages onderscheiden zich door hun reacties – sommigen bewaren de lieve vrede, anderen worden angstig, nemen aan dat hij een grapje maakt of doen zelfs met hem mee waarbij dikwijls gruwelijke anekdotes worden uitgewisseld over ongeluk, ziekte en geweld in een stemming die het midden houdt tussen hilariteit en afschuw. In een zeer verontrustende passage vraagt Frits aan de kruimeldief Maurits die hij graag zou willen martelen:

Leeftijd, geslacht en aard van de mishandeling; vooruit maar

(Engelse vertaling: Age, gender and nature of bodily harm: please, do tell.)

Het klinkt misschien schrijnend, maar dankzij Reves sprankelende collage van scherpe observatie, komische innerlijke monoloog en loepzuivere dialoog houdt de lezer de adem in tot aan het grote sluitstuk waarin Frits zich in allerlei bochten wringt om een oudejaarsavond zonder einde door te komen met zijn ouders en een fles met daarin volgens de stellige overtuiging van zijn moeder wijn, terwijl Frits weet dat het bessen-appelsap is. In een van zijn vele smeekbedes om goddelijke genade zegt hij:

Eeuwige, enige, almachtige, onze God. Vestig uw blik op mijn ouders. Zie hen in hun nood. Wend uw blik niet af.

(Engelse vertaling: Eternal, only, almighty, our God. Fix Your gaze upon my parents. See them in their need. Do not turn Your eyes from them)

Anti-communistisch

Waarom is ‘De Avonden’ nu pas in het Engels vertaald? De internationale carrière van Reve – of juist het ontbreken daarvan – doet ons beseffen hoe belangrijk politieke opvattingen zijn bij de keuze welke werken in onze boekenkast terechtkomen. Hij schreef niet in een van de grote talen van Europa, vandaar dat hij niet kon profiteren van de aandacht die wij begrijpelijkerwijs schenken aan Franse en Duitse literatuur. Hij probeerde wel rechtstreeks in het Engels te schrijven, maar dat pakte niet goed uit voor hem. In een periode waarin uitgevers neigden naar progressief links was hij fel anticommunistisch; hij bekeerde zich tot het katholicisme maar kwam tegelijkertijd uit de kast als homoseksueel, lang voordat een dergelijke openheid gebruikelijk was. Toen het thema seks naar voren begon te komen in zijn werk was het verontrustend gewelddadig en sadomasochistisch van aard.

Reve is altijd een voorloper geweest en kende enorm veel succes in Nederland met een soort creatieve non-fictie, een mengeling van reisverhalen en brieven, zowel authentiek als anderszins. Niks van dat alles bereikte eerder de Angelsaksische wereld. In 1990 publiceerde Fourth Estate ‘Bezorgde Ouders’ (in Engelse vertaling: ‘Parents Worry’). Deze late roman, met zijn onheilspellend obsessieve, angstige, indringende stem – hoe briljant ook – was niet de juiste plek om te beginnen. Hij ontbeert de charme, frisheid en onmiddellijke herkenbaarheid van de wereld die wordt beschreven in ‘De Avonden’.

 

Bovenstaande is een vrije Nederlandse vertaling door Uit de Kunst Vertalingen van een Engelse recensie die enige tijd geleden in The Guardian verscheen van ‘De Avonden’ van Gerard Reve, naar aanleiding van de Engelse vertaling door door Sam Garrett.